In die mooi grote boekhandel in Sneek aan de Kruizenbroederstraat kocht ik laatst het dichtbundeltje “111 Hopla’s” van Judith Herzberg, dochter van Abel Herzberg. Vader Herzberg, advocaat en schrijver, overlever van het kamp Bergen-Belsen. Ik citeerde hem onlangs nog in mijn stuk: “De rechtstaat in het licht van de meidagen” ik schreef daar: In een gemengd gezelschap van Joden en christenen antwoordde Abel Herzberg op de vraag van een Joodse vrouw: ‘Wat moeten wij doen om te voorkomen dat onze kinderen weer slachtoffers worden?’ ‘Dat is het probleem niet, mevrouw. Het probleem is hoe wij kunnen voorkomen dat onze kinderen beulen worden.’
Die dichtbundel van Judith Herzberg begint met de volgende ultra kort gedicht, door Judith Herzberg “Hopla’s” genoemd:
VRAAG
Hoe is dat zo gekomen
van altijd komen slapen
tot nooit meer willen zien
Al zou deze vraag maar in een of andere vorm opkomen bij al die “in vechtscheiding liggende partners”, wat zou er dan al veel gewonnen zijn. Dat inzicht vereist volgens mij ook geen uitzonderlijke wijsheid à la vader en dochter Herzberg, inlevingsvermogen volstaat. Literatuur, lezen, verhalen, helpen wel bij het ontwikkelen van dat vermogen, empathie. Of populairder gesteld: “over je eigen schaduw stappen”
In een column van Jannetje Koelewijn in het NRC las ik het volgende verslagje van een soort “vechtscheidingspraatsessie”, waar een Rebecca zegt: “Ik heb er een gewoonte van gemaakt om ja te zeggen. Weekend ruilen? Ja. Kids ophalen? Ja. Onverwachts mee naar oma? Ja.” “En dat help?” wordt vanuit de groep gevraagd. Rebecca: “Na tien keer gaat hij ook ja zeggen.”
Ik maak mij wijs dat die Rebecca ook op een of andere manier met die vraag: “Hoe is het zo gekomen? ” heeft gespeeld en inderdaad niet koos voor vechten maar voor meebuigen als het riet. Dat klinkt als mee- of toegeven en dus als nederlaag. “All is fair in love and war”, maar de kinderen van Rebecca zitten niet te wachten op een overwinning van moeder en een nederlaag van vader.
Als olifanten vechten of de liefde bedrijven, wordt het gras vertrapt. Natuurlijk is híj éen borderliner, zíj een narcist, dat ziet toch iedereen! Ooit zouden ze lief en leed delen, nu brengen ze slechts leed toe. Hoe is dat zo gekomen?